Met ingang van 1 mei 2024 gelden er twee nieuwe beleidsregels voor vroegsignalering van huurschulden als u procedeert bij de Rechtbank Rotterdam.
1. Als tussen de melding en de datum waarop de dagvaarding is uitgebracht minder dan twee maanden ligt, dan zal de ontbinding en ontruiming worden afgewezen. De reden hiervoor is dat de melding tot doel heeft schuldhulpverlening op gang te brengen, zodat (een procedure tot) ontbinding en ontruiming voorkomen kan worden. Dat impliceert dat na de melding een redelijke termijn in acht moet worden genomen om opvolging te kunnen geven aan de melding. Naar het oordeel van de kantonrechters is twee maanden een redelijke termijn.
2. Als tussen de melding en de datum waarop de dagvaarding is uitgebracht meer dan zes maanden ligt, zal de ontbinding in beginsel worden afgewezen. Dat is alleen anders als de kantonrechter van oordeel is dat op grond van in de dagvaarding aangevoerde en met stukken onderbouwde omstandigheden toch van een oudere melding gebruikgemaakt kan worden. De reden hiervoor is dat, als na een melding geen schuldhulpverlening op gang komt, van een verhuurder mag worden verwacht dat hij actie onderneemt en ook dat dit enigszins voortvarend gebeurt. Naar het oordeel van de kantonrechters kan dagvaarden binnen zes maanden na de melding als voldoende voortvarend worden aangemerkt.
Bovenstaande beleidsafspraken zullen worden toegepast met ingang van 1 mei 2024. Tot die datum kunt u mogelijk nog rolbeslissingen ontvangen waarin gevraagd wordt om een toelichting.
Wij hebben thans al een procedure gevoerd waarbij de Kantonrechter te Rotterdam vonnis heeft gewezen waarin er geen toelichting is gevraagd en de ontbinding/ontruiming direct is afgewezen. Wij adviseren u dan ook pas tot dagvaarding over te gaan als bovenstaande beleidsregels in acht zijn genomen.
Indien u vragen heeft kunt u contact opnemen met een van onze juristen.